Rekenen De vraagfunctie naar scooters luidt als volgt: \( \mathrm{q}_{\mathrm{v}}=-10 \mathrm{p}+50.000 \) a Bereken hoeveel scooters er gekocht worden bij een prijs van \( € \) van \( € 2.000 \). b Met hoeveel procent neemt het aantal kopers af als de prijs stijg \( € 2.000 \) ? c Bereken de maximale vraag naar scooters. d Bereken de maximale betalingsbereidheid van consumenten.
Real Tutor Solution
Answer
Solution
Sign in to Unlock Answers for Free!
A Learning Platform Trusted by Millions of Real Students and Teachers.
Reviewed and approved by the UpStudy tutoring team
The Deep Dive
Bij een prijs van € 2.000 kunnen we de vraagfunctie invullen: \( \mathrm{q}_{\mathrm{v}} = -10(2000) + 50000 = 30000 \). Dus, er worden 30.000 scooters gekocht. Wanneer de prijs stijgt van € 2.000 naar € 2.100, is de nieuwe vraag: \( \mathrm{q}_{\mathrm{v}} = -10(2100) + 50000 = 29000 \). De afname is dan 1.000 scooters, wat een procentuele afname van \( \frac{1000}{30000} \times 100 = 3,33\% \) betekent. De maximale vraag naar scooters kan gevonden worden door te kijken waar de prijs nul is: \( 0 = -10\mathrm{p} + 50000 \Rightarrow \mathrm{p} = 5000 \). Bij een prijs van € 0 is de vraag dus 50.000 scooters. De maximale betalingsbereidheid is de prijs waarbij de vraag naar scooters nul is, wat in ons geval is vastgesteld op € 5.000. Dit geeft het maximale bedrag aan dat consumenten bereid zouden zijn te betalen bij een aantal van 0.